WINNIPEG en verderop in Manitoba (20 - 30 mei 2019)

30 mei 2019 - Wasagaming, Manitoba, Canada

Victoria Day (20 mei) brachten wij op de camping Serpent River ON door. Wat was aangekondigd als een van de grote nationale feestdagen en – in verband met het lange weekend – gezien als de start van het kampeerseizoen, verliep ontgoochelend rustig en zonder merkbare feestelijkheden. Geen vuurwerk, geen muziek, eigenlijk ook nauwelijks mensen op de camping …. te koud en te nat voor een camping. Onze vrees (of liever gezegd de mijne, want Wim deelde die niet) dat alle campings uit zouden puilen en wij misschien niet meer terecht zouden kunnen zonder reservering, bleek absoluut onterecht. Voor de campingeigenaren teleurstellend; zij hadden hard gewerkt om gevolgen van de wateroverlast weg te werken en de camping zo aantrekkelijk mogelijk op te tuigen (nieuw grind op de paden, feesttenten geplaatst), maar dat mocht niet baten. ’s Avonds brandden hooguit op 4 plaatsen een kampvuur, waaronder het onze, waar men wat rillerig omheen zat. Om 10 uur was het donker en stil.

We besloten om in de versnelling westwaarts te gaan, omdat onze eerste campermaand bijna voorbij is en Canada erg groot … Als we nog delen van de noordelijke provincies willen zien moeten we meters, eh kilometers maken. Onze tocht voerde langs diverse (vaak) mooie en (soms) minder mooie familiecampings, in meer of minder modderige staat verkerend (met af en toe een prachtige zonnige dag tussendoor en vrijwel overal een spoorlijn of een highway langs de camping) uiteindelijk naar Winnipeg, Manitoba. Daar arriveerden we vrijdag 24/05 rond etenstijd.
De route richting het westen was prachtig en soms adembenemend mooi. Een ruig en sterk gearceerd landschap, veel (naald-)bossen onderbroken door enorme rotspartijen of stille meren, of soms door rivieren met woeste stroomversnellingen. Het was alsof we door een natuurfilm reden. Grote delen van de highway 17 bleken zeer goed te berijden, dus de afgelopen dagen zijn we enorm opgeschoten. We hebben nog enkele dagen doorgebracht in Nationaal Park Pukaskwa, een bijzonder mooie plek, en vrijwel van de mensenwereld afgesloten. Maar groter wild dan konijntjes of eekhoorns hebben wij ook daar niet aangetroffen, ook al werd dringend verzocht om het te melden als er beren op de camping verschenen.

Bij de provincie Manitoba echter leeft een heel andere visie met betrekking tot de ontmoeting tussen mens en dier in het wild dan we tot nu toe tegen zijn gekomen. Toen we de provinciegrens passeerden en bij het informatiecentrum kaarten en foldermateriaal gingen ophalen kregen we onder meer een blad van de provinciale natuurparken mee, met o.a. informatie over de campings en de voorzieningen die we daar kunnen verwachten. Maar ook een paginagroot advies (en tevens dringend verzoek: “it’s your responsibility”) om “bear smart” te zijn, en dus: alert te zijn, lawaai te maken, bearspray (= pepperspray) bij de hand en gebruiksklaar te houden, een jachtmes bij je te dragen, als een beer je aanvalt terug te vechten, etc. etc. Verder wordt er met groot fanatisme gejaagd op de smaragdkleurige kever, die een bedreiging vormt voor de es (boom) en dus uitgeroeid moet worden; ieders medewerking wordt hierbij gevraagd. Eveneens wordt aandacht gevraagd voor “de invasie van de gestreepte mossel (zebramossel)”. Kortom: “de natuur vormt ook een bedreiging!”, is de boodschap. Ik moet dus op zoek naar een jachtmes en pepperspray, heb ik begrepen 😕.  Toen ik een week later in het National Park Riding Mountain vroeg of zij een berenspray verkopen en refereerde aan deze strenge waarschuwing, lachte de ranger vriendelijk met de mededeling, dat ze geen idee had waar in de omgeving dergelijke sprays te koop waren, en ze zei: “You are not going to hurt our bears, are you?”.

De (mooie) camping van Winnipeg ligt nét binnen de ringweg van de stad, maar op ½ uur rijden van de binnenstad. Helaas komt er ook hier geen openbaar vervoer bij de camping en zijn er 2 opties: met de camper naar “downtown”, of een taxi bestellen. Zaterdag hebben we voor de eerste optie gekozen, en reed ik dus met de camper naar “The Fork”, een wijk in hartje stad waar veel parkeergelegenheid is.  Het was ongeveer ½ uur rijden op een vaak zeer slechte weg. De hele inboedel rammelde weer luidruchtig in de kastjes. Inmiddels was het lenteachtig warm, dus korte mouwenweer. We hebben de stad doorgewandeld, en hebben langs de rivier heerlijk geluncht op een terrasje. Inmiddels was het zomaar zomer geworden 😀. Links en rechts passeerden we kleine festivals en/of openluchtconcerten. Het schematische plattegrondje wees ons waar de binnenstad moest zijn. De binnenstad leek echter in zijn geheel “under construction”; veel nieuw- en hoogbouw, parkeergarages, weinig sfeervol/karakteristiek, veel donkergekleurd glas, het geheel oogde niet zo uitnodigend. Na het genot van ons eerste Italiaans ijs dit jaar, zijn we teruggereden naar de camping. De volgende dag hadden we een lunchafspraak met Daniël (een vriend van Merel). Met de taxi naar de stad dit keer, naar een leuke cafetaria, waar we bijzonder gezellig met Daniël hebben bijgepraat over ieders bezigheden en bevindingen (ofwel: over zijn studie en over onze reis). Overigens wees hij ons op het feit, dat de stad Winnipeg pas 150 jaar geleden ontstaan is, dus “oude” gebouwen maximaal 150 jaar oud zijn. En dat de stad om die reden gebouwd is rond autoverkeer en daarom brede straten heeft. Tja, inderdaad niet bij stil gestaan dat wij naar deze stad kijken met Amsterdam/Nederlandse steden als referentiekader …. Na de lunch het Manitoba Museum bezocht. Een prachtig museum over de geschiedenis van de provincie Manitoba vanaf prehistorie tot nu. Wij waren nog lang niet uitgekeken toen een opgeluchte suppoost ons eindelijk ergens ontdekte … het museum bleek al een kwartier gesloten te zijn 😄.

Het mooie weer zal nog een dag of 6 aanhouden dus hebben we de stad weer ingeruild voor natuur.
Riding Mountain NP, bij Wasagaming, een gehucht dat volledig draait op de spin-off van het Nationaal Park. De helft van de huizen bestaat uit te huren blokhutten, verder zijn er 4 restaurants waarvan 3 met terras, een winkel annex bezinepomp waar van alles verkocht wordt van zelfgebakken koeken tot opladers voor mobiele telefoons, en een stuk of 5 kledingzaken; dit laatste  tot onze verbazing. In sommige daarvan wordt ook kunst verkocht.
De camping van het NP is prachtig; ruime plekken met bomen en struiken tussen de kampeerplekken (heerlijk voor de hangmatten), rust want geen autowegen en spoorlijnen dichtbij, en alle voorzieningen die we nodig hebben (douche, water & elektra, afvoerput), behalve Wifi. Dat is jammer, maar niet onoverkomelijk. We hebben onze Mifi nog voor noodgevallen.
De temperatuur is inmiddels opgelopen tot 26 graden, dus de schaduw van de bomen is zeer welkom. Woensdag na het hangmatten een 10 km wandeling gemaakt in het noorden van het park (± 40 km verderop), daar gegeten na de wandeling (dat is het handige van een camper, je hebt je hele huishouden bij je 😉), om tegen de avond op lage snelheid de (enige auto-)weg door het park te rijden, op zoek naar wild/dieren. Dus om 20.30 uur op pad met 40/50 km p/u. Het eerste halfuur leverde slechts 2 fishers (een groot soort marters) op en een heleboel vogeltjes. Toen we langzaam weer de weg terugreden naar het zuiden bleek de tijd rijp voor:
1 moose (😊), 2 zwarte beren en wel 10 herten, waarvan 2 samen met hun gevlekte bambi’s.
Terug op de camping kregen we als bonus nog zo’n 4500 muggen erbij. Voor donderdag (Hemelvaart) wordt 30 graden voorspeld. Dat wordt dus weer een ochtend hangmatten, in de namiddag een kleine wandeling eindigend op een terras in de zon, en dan zien we wel verder. Vrijdag daalt de temperatuur weer, dus trekken we verder naar Saskatchewan, de volgende provincie.

Foto’s